Achter de zaden

Simon werkt al sinds 1986 in de zadenbranche, waar hij direct na zijn landbouwstudie aan de slag ging. Hij begon als verkoper, werkte zich op tot bedrijfsdirecteur en bekleedde vervolgens tien jaar lang een functie die meer gericht was op de Europese markt. Sinds 2012 staat Simon aan het hoofd van ICL’s graszadenafdeling.

“Ik ben verantwoordelijk voor het beheer van het graszadenportfolio wereldwijd. Dit houdt in dat we samenwerken met belangrijke partners in de VS en Europa om een gevarieerd aanbod aan grassoorten te kunnen bieden. We hebben klanten in heel Europa en de rest van de wereld, dus we moeten rekening houden met allerlei klimaatomstandigheden en eindgebruikerstoepassingen. We bieden oplossingen als onderdeel van een geïntegreerd pakket. Door de beste graszaden te combineren met de nieuwste meststoftechnologie creëren we de mooiste natuurlijke sportvelden ter wereld.”

“Toen ik bij ICL aan de slag ging, was het zadenassortiment 100% afkomstig uit het Scotts-portfolio in de VS. In die tijd verkocht Scotts de professionele zakelijke rechten in Europa aan ICL, maar het Amerikaanse zadenportfolio werd stopgezet. De afgelopen vijf jaar is het portfolio drastisch veranderd. We hebben niet alleen betere rassen geïntroduceerd, maar ook het portfolio 50:50 verdeeld tussen Amerikaanse en Europese rassen. Dit heeft geleid tot een veel flexibeler aanbod voor eindgebruikers, zodat zij hun uitdagingen op het gebied van grasbeheer het hoofd kunnen bieden. Door deze veranderingen in ons bedrijf groeien we elk jaar gestaag, wat volgens mij getuigt van de kwaliteit van onze producten. Daar ben ik het meest trots op.”

Simon beoordeelt proeven bij Den Haan Zaden in Nederland

De beste nieuwe grasrassen selecteren voor allround topprestatie

Hoe gaan we eigenlijk te werk bij het ontwikkelen en selecteren van de beste nieuwe grasrassen? ICL hanteert een proactieve aanpak en selecteert voor alle belangrijke soorten een reeks nieuwe rassen om proeven mee te doen. Daarnaast werken we samen met particuliere veredelaars, zoals Mountain View Seeds in de VS en Den Haan Zaden in Nederland.

“Deze partners hebben voor ons de deur opengezet naar een heleboel nieuwe mogelijkheden. Jaarlijks worden duizenden individuele plantencollecties gemaakt om de genetische achtergrond van het grasveredelingsprogramma verder te diversifiëren. In combinatie met een uitwisseling van materiaal met het bekende Center for Turfgrass Science van de Rutgers University in New Jersey, vergroot dit de mogelijkheden voor nieuwe en interessante rassen. Het doel is om rassen te ontwikkelen die geschikt zijn voor een breder scala aan omgevingsomstandigheden en die zich beter kunnen aanpassen aan verschillende beheerregimes.”

Grassoorten in het ICL-portfolio hebben positieve eigenschappen van zowel Amerikaanse als Europese genetische bronnen. Op deze manier kunnen vanuit een alomvattende aanpak graszaadmengsels worden gecreëerd die geschikt zijn voor de diverse regio’s in heel Europa. Om deze reden worden er in Nederland niet alleen proeven gedaan voor klanten, maar ook om inzicht te krijgen in welke rassen het meest compatibel zijn met elkaar om de beste mengsels voor het ProSelect-zadenassortiment te creëren.

“We denken dat we grip hebben op klimaatveranderingen, maar dat is zeker niet het geval met ons veranderende weer. En juist dat is waar alle greenkeepers behoefte aan hebben, aan de zekerheid dat hun zaadmengsels en enkelvoudige rassen geschikt zijn voor alle omstandigheden. Het doel is altijd om de beste allround prestaties te vinden: weerstand tegen droogte en ziektes, maar ook aanpassingsvermogen aan verschillende klimaten, zware belasting door sport en visuele aantrekkelijkheid. Er wordt steeds meer geëist van natuurlijke grasmatten die als sportveld zwaar worden belast. En ze moeten er voor tv ook nog eens tiptop uitzien”, aldus Simon.

“In de loop van mijn carrière stak de term ‘duurzaamheid’ vele malen de kop op. Het woord zelf kan verschillende betekenissen hebben, afhankelijk van de omstandigheden. Wat sommige mensen graag willen dat het betekent, is het fijne gevoel dat we ons steentje bijdragen aan de planeet. Maar als je een natuurlijke grasmat beheert voor een sportveld, heb je te maken met zakelijk belangen en krijgt duurzaamheid dus een andere betekenis. Dan wil je op zo rendabel mogelijke wijze de beste kwaliteit grasmat bieden terwijl je tegelijkertijd rekening houdt met het milieu. Uiteindelijk willen golfers en voetballers de beste kwaliteit gras om op te spelen.”

“Kunnen we wat gras betreft radicale veranderingen doorvoeren om grassoorten milieuvriendelijker te maken? Waarschijnlijk niet! Grasveredeling is van oudsher een langzaam proces. Het veredelen van een nieuw ras kan tien tot vijftien jaar duren. Dat is in al die jaren slechts marginaal versneld. We kunnen wél een verschil maken door grasrassen te creëren die beter bestand zijn tegen ziektes en dus minder behoefte hebben aan behandeling met fungiciden. En ook met rassen met een grotere droogtetolerantie, omdat irrigatie over de hele wereld steeds duurder en beperkter wordt. Hier zie ik de grootste bijdrage aan verduurzaming.”

Op korte termijn zijn het volgens Simon de greenkeepers en de industrie die voor de meeste verandering kunnen zorgen. “Op het gebied van beheer zijn de grootste verbeteringen mogelijk. Een geïntegreerde aanpak van je grasbeheer betekent dat je veel problemen kunt voorkomen, zodat je geen herbiciden en fungiciden hoeft in te zetten. Gelukkig begrijpen bedrijven en eindgebruikers steeds beter dat gras een plant is met specifieke basisbehoeften.”

Proeven doen met alle soorten

Omdat er met zoveel aspecten rekening moet worden gehouden bij de beoordeling van gras, helpt het om samen te werken in onafhankelijke nationale grasexperimenten en om een eigen proefprogramma te hebben. “Je kunt er niet omheen dat onafhankelijke nationale grasexperimenten essentieel zijn voor het beoordelen van grassoorten. Het Amerikaanse National Turf Evaluation Programme (NTEP) is een zeer uitgebreid systeem dat gegevens vanuit de meeste deelstaten verzamelt. In mijn ogen heeft het echter één tekortkoming, namelijk dat het sterk gebaseerd is op de evaluatie van zomersporten. Voor Zuid-Europa zijn die grassoorten perfect geschikt voor sportstadions en golfbanen. Als het gaat om de koelere noordelijke regio’s met een lagere lichtintensiteit, vraagt dat natuurlijk om heel andere selectiecriteria, vooral voor gras dat intensief belast wordt.”

De meeste landen hebben hun eigen programma’s met grasexperimenten die als referentie dienen voor de prestaties van gras, hoewel dit volgens Simon geen alternatief is voor het met eigen ogen zien wat optimaal is voor uw situatie. “Bij ICL werken we graag samen met klanten en doen we proeven op locatie om te zien wat het beste werkt in hun situatie. Daarnaast voeren we in Nederland in het kader van een programma voor het testen van rassen onze eigen grasproeven uit, waarmee we beoordelen of een ras het waard is om opgenomen te worden in ons portfolio. Dat betekent dat we alle soorten en daarbinnen alle 40-50 rassen testen, en dat komt neer op zo’n 200-300 verschillende rassenlijnen die we moeten beoordelen!”

Interessante nieuwe graszaadrassen

Op basis van de proeven formuleert Simon de ProSelect-mengsels en combineert hij verschillende rassen die elkaar aanvullen om consistent hoogwaardige grassoorten te creëren. “Tot nu toe zag de industrie ons niet als een belangrijke leverancier van grassoorten. Ik denk dat dat komt doordat er bedrijven op de markt zijn die al tientallen jaren bestaan en een sterke merkaanwezigheid hebben opgebouwd. Wij zijn pas tien jaar op de markt. Hier komt ProSelect in het spel. Bekijk ons portfolio eens: misschien dat het u aangenaam verrast en ontdekt u interessante nieuwe rassen die uw verwachtingen overtreffen.”

Vragen over graszaden of het ProSelect-assortiment? Neem contact op met Simon: simon.taylor@icl-group.com